Knooppunt Sloeweg: wikken & wegen

Vandaag hebben Provinciale Staten een besluit genomen over het meest besproken infrastructurele project van de afgelopen paar jaar: de Sloeweg. Met dit besluit wordt toegewerkt naar een goede afronding van een project dat veel zorgen heeft gekend.

Voorgeschiedenis
Jaren geleden waren er plannen vanuit het Rijk voor ontpoldering van grote delen van Zeeland. De Provincie heeft toen niet besloten om zich, ondanks dat men tegen ontpolderen was, niet betrokken te laten zijn bij de uitvoering van die plannen. Men was voorstander van betrokkenheid om inhoudelijk te kunnen sturen. Dat heeft resultaat opgeleverd, met name voor het middengebied. Door middel van de grote invloed die de Provincie heeft uitgeoefend, is het onder water zetten van diverse polders voorkomen. Tevens heeft het Rijk toegezegd een bedrag uit te keren voor een betere ontsluiting van de Sloeweg/Tractaatweg.

Het college van Gedeputeerde Staten (GS) heeft plannen gemaakt voor de uitvoering van de verdubbeling Sloeweg/Tractaatweg. Bij die plannen stond kwaliteit voorop. Ook voor het knooppunt Sloeweg-Bernhardweg.

In het rapport ‘De parelduiker vreest de modder niet’ is beschreven hoe het proces omtrent het project N62 verlopen is. De belangrijkste conclusie daaruit was de aanpak, sturing op kostenbeheersing, etc. echt beter had gemoeten. Gedeputeerde Staten is met de conclusies uit het rapport aan de slag gegaan. Dat heeft geresulteerd in een verbeterde aanpak. Het college heeft de lessen ter harte genomen:

• De verdubbeling van de Sloeweg is afgerond. Inmiddels is er een overschot van 5 miljoen euro op de eindafrekening van de Sluiskiltunnel. De SGP wil graag van de gedeputeerde weten of dit bedrag actueel is of dat de uitkomst wellicht nog gunstiger wordt. De gedeputeerde kon deze vraag positief beantwoorden.
• GS is het traject Tractaatweg heel zorgvuldig ingegaan.
• Op verzoek van Provinciale Staten (PS) heeft GS een variantenstudie gemaakt.

Variantenstudie
De variantenstudie vormt een uitgebreide beschrijving die PS de gelegenheid geven om te wikken en te wegen en vervolgens een keuze te maken. Nu zijn we zover dat we op basis van deze variantenstudie een keuze kunnen maken voor het knooppunt. Uit de studie is duidelijk geworden hoe GS tot haar afweging voor de Halve Haarlemmermeer-variant is gekomen. Tevens heeft GS ruimte gelaten voor PS om keuzes te maken.

Wikken en wegen door College
In de variantenstudie zijn zes varianten door GS beschreven. De varianten met verkeerslichten en een rotonde zijn vanwege de toekomstbestendigheid afgevallen. Drie varianten bleven over: een variant goed, een variant beter en een variant best. De variant beter (Trompet-variant) viel helaas ook af vanwege politiek-bestuurlijke redenen. Gezien het rapport Witteveen & Bos echter een terecht besluit van het College. Daarmee ging de keuze tussen de goede variant (Halve Haarlemmermeer) en de beste variant (Ster). In het Statenvoorstel heeft het College gekozen voor de goede variant: de Halve Haarlemmermeer. Met deze variant kan de doelstelling van het project, conflictvrij van Goes naar Gent, tegen de laagste kosten gerealiseerd worden. GS plaatste daar echter een kanttekening bij. Gedeputeerde Van der Maas: ‘’Wij kunnen ons voorstellen dat anderen een andere keuze maken.’’

Wikken en wegen door SGP-fractie
In dit specifieke geval moest er gekozen worden tussen twee varianten. Wanneer er slechts één optie voorligt, is dat eenvoudiger voor een volksvertegenwoordiger door hier wel of niet mee in te stemmen. Nu moest er echter uit twee opties gekozen worden. Enerzijds is het lastig dat die keuze gemaakt moet worden, anderzijds is het een goede zaak dat Provinciale Staten deze keuze krijgen. De SGP heeft kennis genomen van het Statenvoorstel en de motivering van het College voor de Haarlemmermeer-variant. Tevens heeft de fractie kennis genomen van de inbreng van alle stakeholders. Op basis van alle kennis is de SGP tot een weloverwogen besluit gekomen. De volgende factoren waren daarbij leidend:

• Een uitstekende ontsluiting en verbinding van de haven- en bedrijventerreinen. Dat is een belangrijke voorwaarde voor economische ontwikkeling.
• Duurzaamheid voor de lange termijn. Bij projecten van deze omvang moet niet gekeken worden naar een periode van tien of twintig jaar, maar naar een oplossing die passend is voor minstens veertig jaar.
• Financieel verantwoord.
• De staande ambitie van de Provincie inzake ‘stroomwegen’. Nog geen half jaar geleden hebben de Staten het Mobiliteitsplan 2017-2019 vastgesteld. In dit Mobiliteitsplan zijn de Sloeweg en Bernhardweg aangeduid als regionale stroomwegen. Een belangrijk kenmerk van een stroomweg is dat het geen gelijkvloerse kruisingen bevat. Op dat aspect verschilt de Halve Haarlemmermeer-variant van de Ster-variant.
• Milieuvriendelijkheid. Bij de Ster-variant kan maximaal bodemas ingezet worden. Hiermee leveren we een maximale bijdrage aan het oplossen van het door de maatschappij geproduceerde restproduct. Tevens levert de Ster-variant milieuwinst t.o.v. de Haarlemmermeer-variant, vanwege het feit dat de Ster geen rotonde bevat met daarbij behorend remmen en optrekken.

De provinciale financiële middelen zijn ontoereikend voor de Ster-variant. Na een rondvraag bij de verschillende stakeholders bleek niemand bereid om bij te dragen, met uitzondering van de directie van de N.V. Westerscheldetunnel. De SGP is positief-kritisch over het aanbod van de N.V. Westerscheldetunnel om geld beschikbaar te stellen voor de Ster-variant.

• Het aanbod heeft geen onderliggende business-case. Er zit geen verdienmodel aan gekoppeld.
• Het is positief dat de directie aandacht heeft voor klanten van de tunnel (bedrijfsleven en particulieren).

Het aannemen van het aanbod van de N.V. Westerscheldetunnel heeft substantieel geen invloed op de hoogte van de toltarieven en de looptijd van de tol. Al deze zaken afwegend vindt de SGP het verantwoord om het aanbod te aanvaarden.

Statenlid Roeland: ‘’Alles zorgvuldig gewikt en gewogen te hebben, hebben wij een voorkeur voor de Ster-variant. Gedeputeerde Staten hebben een andere keuze gemaakt. Wij kunnen ons dat voorstellen, zoals GS het zich kon voorstellen dat anderen een andere keuze zouden kunnen hebben.’’ De Ster-variant (die €4,2 miljoen duurder is dan de Haarlemmermeer-variant) vormt een verfijnde versie op het oorspronkelijke plan van GS. De Ster-variant is in zes richtingen voor een lange periode conflictvrij: alle kruisingen zijn ongelijkvloers en dus qua doorstroming vlotter en veiliger.