Provincie: risico op forse tariefstijging energieprijzen klein

Het voormalige DELTA N.V. moet voor 1 juli 2017 gesplitst zijn in aparte ondernemingen voor het beheer van de gas- en elektriciteitsnetten en de levering van gas en elektriciteit. De aandeelhouders hebben besloten om de netten van regionale netbeheerder Enduris helemaal te verkopen en de opbrengst te gebruiken om hetgeen achterblijft in PZEM voldoende reserves te geven.

Op 27 februari 2017 publiceerde VEMW (kenniscentrum en belangenbehartiger van zakelijke energie- en watergebruikers) een artikel met de kop: ‘Risico op forse tariefstijgingen in Zeeland door overname Enduris’. Recent deed netwerkbedrijf Alliander als eerste een niet-bindend bod op de gas- en elektriciteitsnetten van Enduris. VEMW vreest voor onnodige en onwenselijke tariefconsequenties.

Naar aanleiding van deze berichtgeving, heeft de SGP-fractie vragen gesteld aan het college van Gedeputeerde Staten (GS). Op 29 maart 2017 kwam GS met een reactie op deze vragen: 

1. Is GS bekend met het niet-bindende bod van netwerkbedrijf Alliander?
   In verband met het lopende verkoopproces van het netwerkbedrijf (DNWG) kunnen wij geen uitspraken doen over biedingen van potentiële kopers. 
   
   
2. Hoe reëel acht GS de kans op een forse tariefstijging van de energieprijzen voor de Zeeuwse consumenten? Met andere woorden, is de vrees van VEMW terecht?
   Wij achten deze kans niet reëel. Als netbeheerder Enduris een zelfstandige entiteit blijft binnen de organisatie van een nieuwe eigenaar, blijft de huidige wijze van tariefvorming ongewijzigd. 
   Als de koper Enduris integreert binnen zijn eigen netbeheerder dan kunnen de tarieven stijgen of dalen afhankelijk van de gereguleerde tariefvorming van de netbeheerder van de koper. Toezichthouder ACM zal de tariefvorming reguleren en controleren. 
   
   
3. Is GS het met de SGP eens dat een forse tariefstijging voor de Zeeuwse consumenten onwenselijk is?
   Ja. 
   
   
4. Welke maatregelen kunnen/gaan GS nemen om ervoor te zorgen dat alle partijen (aandeelhouders, PZEM én consumenten) gebaat zijn bij de verkoop van Enduris? Dat wil zeggen: voldoende reserves voor de toekomst van PZEM, zonder dat de consument te maken krijgt met een forse tariefstijging.
   Formeel hebben de aandeelhouders vanuit het oogpunt van governance alleen een rol aan het einde van het verkoopproces. Op dat moment mogen de aandeelhouders ja of nee zeggen tegen een voorstel van de Raad van Bestuur en Raad van Commissarissen. 
   Omdat veel aandeelhouders zich betrokken voelen bij de ontwikkelingen rondom PZEM, heeft de aandeelhouderscommissie (AHC) via PZEM de publieke belangen bij de potentiële kopers van Enduris onder de aandacht gebracht. Het is vervolgens aan de potentiële kopers of ze hier in hun definitief bod invulling aan geven. 
   Als aandeelhouder van PZEM NV zullen wij bij de afweging in onze besluitvorming over het voorstel van de Raad van Bestuur en Raad van Commissarissen tot verkoop van het netwerkbedrijf de door u geschetste belangen betrekken.