10 februari 2017

Red onze juun!

Er bestaat een reële dreiging dat de Nederlandse uiensector ten onder gaat vanwege een administratieve dwaling. De toelating van de stof Maleïne Hydrazide (MH) als kiemremmer dreigt te worden beëindigd – mede doordat de EFSA bijzonder laat aanvullende onderzoeksvragen heeft gesteld die niet vóór het moment van herbeoordeling kunnen worden beantwoord. De SGP is van mening dat de uiensector een goed en zorgvuldig proces verdient om de door de EFSA gestelde vragen voldoende te kunnen beantwoorden.

Veel boeren bespuiten hun uien vlak voor de oogst met de stof MH. Deze stof voorkomt dat de uien gaan kiemen tijdens het bewaringsproces. Het gebruik van de stof maakt het mogelijk om het jaar rond uien te kunnen consumeren en exporteren. 

Onlangs heeft de Europese Commissie in haar voorstel aangegeven dat de stof MH toch toegelaten wordt, mits wordt voldaan aan een strikte voorwaarde. Namelijk, dat het gehalte hydrazine, een bijproduct (onzuiverheid) dat bij de productie van de werkzame stof MH ontstaat, flink omlaag moet worden gebracht. Enerzijds stemt dit de sector voorzichtig positief. Anderzijds ligt er nog geen definitieve toezegging van de Commissie, is het onzeker of de Commissie ook voldoende tijd zal geven aan de toelatingshouders om de aanvullende vragen van EFSA te kunnen beantwoorden en uit onderzoek zal moeten blijken of de gestelde voorwaarde behaald kan worden.

Het gebruik van de stof MH is essentieel voor het bewaren en exporteren van consumptie-uien. De Hollandse ui is het grootste AGF-exportproduct van Nederland. Met een exportaandeel van 20% is Nederland wereldmarktleider. In 2016 werden ruim 1 miljoen ton Hollandse uien afgezet naar 120 landen. Met een groeiende wereldbevolking – juist in regio’s waar de uienconsumptie hoog is – zijn in 2050 ruim 150 miljoen ton uien nodig. Dat is een enorme toename ten opzichte van de huidige afzet, waarin een prachtig perspectief ligt voor de sector die juist in Zeeland zo sterk vertegenwoordigd is. Meer dan 3.000 uientelers, tientallen sorteerbedrijven, exporteurs, zaadhuizen en andere ketenpartners hebben belang bij goede en eerlijke kansen voor de sector. De sector biedt namelijk een enorme (afgeleide) werkgelegenheid: van heftruckchauffeur op het pakstation tot logisitiek medewerker in de haven, van loonwerker op de rooimachine tot teeltadviseur bij de coöperaties, van kwaliteitsmedewerker aan de leesband tot verkoopleider op kantoor. 

Om bovengenoemde redenen dient de SGP tijdens de Statenvergadering op vrijdag 10 februari 2017 een motie in waarin Gedeputeerde Staten wordt opgedragen de Europese Commissie te verzoeken om de uiensector (toelatingshouders) voldoende tijd te geven om te onderzoeken hoe aan de gestelde voorwaarde kan worden voldaan. De SGP is van mening dat het nemen van onomkeerbare beslissingen met een zo groot effect voor de werkgelegenheid en de beschikbaarheid wereldwijd van een belangrijke basisvoedselvoorziening niet mag gebeuren vanwege een procedurele dwaling.

De motie kunt u hier downloaden.